

Frederik Backaert maakte dit seizoen zijn profdebuut in het tricot van Wanty-Groupe Gobert.
“Vooraf wist ik niet goed wat ik moest verwachten. Ik heb dit jaar geleerd dat ik voor volgend seizoen meer moet leren pieken naar bepaalde periodes. Mijn doelen zijn de voorjaarsklassiekers en de Ronde van Oostenrijk, met hopelijk de Ronde van Zwitserland als voorbereiding,” zegt de Brakelaar. Hij leerde veel van ploeg- en streekgenoten Laurens De Vreese en Jérôme Baugnies. “Zij lieten me echt zien hoeveel je moet doen en laten als profrenner. Je moet echt leven voor je vak maar ik doe dat heel graag want het is echt een prachtig vak.” Met nieuwe doelen en motivatie heeft Frederik inmiddels de training weer aangevangen. “Het eerste seizoen was niet altijd makkelijk. We koersten veel, vooral aan het einde van het seizoen. Bij de beloften was ik goed in de Ardennen, maar bij de profs rijden ze drie tanden harder bergop. Dat is een groot verschil. En het reizen is niet altijd leuk. Dat is soms nog zwaarder dan het koersen zelf,” besluit hij.
In de Ronde van Oostenrijk liet de 24-jarige renner zich opmerken door een 17e plaats in het eindklassement. Dat is ook sportbestuurder Hilaire Van Der Schueren niet ontgaan. “Dat klimmen heeft mij verrast in Frederik. Hij bewees dat in Oostenrijk want daar heeft hij echt veel werk verzet voor de ploeg. Ik vind Backaert een allrounder, een ijzersterke jongen. “ Die kracht kan hij volgens Van Der Schueren goed gebruiken in de voorjaarsklassiekers. Dit is ook een doel van Backaert zelf. “Kuurne-Brussel-Kuurne ging goed, ik eindigde goed voorin. Ik was wat ziek in die periode en ik hoop volgend seizoen beter te doen. De basis daarvoor ligt in een goede winter. Daar ga ik hard aan werken,” aldus Backaert. “Tijdrijden is nog een groot aandachtspunt voor Frederik,” vult Van Der Schueren aan. “Daarnaast zou hij in de eerste 50 kilometer van een koers attenter en actiever moeten rijden.”