Fiets aan de haak Nick Vervoort: Ik kon mij niet meer voor 100% geven

Door Kurt Vermeerbergen op 29 Jan 2014 - 20:23
Printvriendelijke versieVerstuur per e-mail

Nick Vervoort hing zijn fiets afgelopen zomer aan haak. Zijn laatste seizoen reed Nick voor het Snake Cycling Team. Nick is nu veel in de fitnesszaal te vinden.

1. Wanneer ben je gestart met het wielrennen? Hoe bij de sport terecht gekomen? Ik ben tegenover mijn andere leeftijdsgenoten vrij laat begonnen met wielrennen. Mijn eerste koers reed ik als tweedejaarsnieuweling. Ik voelde in het begin wel dat ik wat achterstand had tegenover de rest omdat zij meestal al wel wat langer in het vak zaten. De gewone kermiskoersen kon ik meteen uitrijden maar in interclubs had ik het altijd zeer moeilijk in dat eerste jaar. Ik ben tot mij 15 jaar voetballer geweest en dat lukte me vrij goed. Ik heb altijd bij de plaatselijke voetbalploeg SC Wiekevorst gevoetbald en werd zelfs opgenomen in de provinciale selectie en kreeg van daaruit aanbiedingen van enkele topploegen. In dat zelfde jaar ging ik de dag na de voetbalwedstrijd meestal met enkele vrienden (waaronder Koen Janssens) met de oude koersfiets van mijn vader rijden en ik was meteen verkocht. Voetbal is een teamsport waarin zwakkere spelers zich kunnen verstoppen, in de koerswereld is het ieder voor zich en komt de sterkste altijd naar voor. Dat sprak me enorm aan doordat ik toch altijd wel heel competitief ben ingesteld. Ik beleefde heel veel plezier aan de trainingen en dat maakte de overstap van voetbal naar wielrennen zeer eenvoudig.

2. Op al je jaren in het peloton zal je wel verschillende goede en slechte momenten hebben beleefd. Wat waren voor jouw de belangrijkste? Het mooiste moment uit mijn carrière is ongetwijfeld de overwinning op de Watervoort in Herentals. Als streekrenner is het heel mooi om voor eigen publiek te kunnen winnen. Er waren die dag heel veel supporters komen opdagen en ik vond het prachtig om hen te laten zien dat de vele trainingen zijn vruchten hadden afgeworpen. Op 2 jaar was ik van een “pelotonvullerke” die niet goed kon volgen bij de tweedejaarsnieuwelingen naar een winnaar bij de tweedejaarsjunioren gegaan en dat deed enorm veel deugd.  Een ander mooi moment was met Tom Boonen in het wiel rondrijden vorig jaar in de Heistse Pijl, dat doet toch echt iets met een jonge renner om ineens naast je grote voorbeeld te rijden. Het minste moment van mijn carrière maakte ik ook als tweedejaarsjunior mee. In juli nam ik met de ploeg deel aan de Ronde van Oostenrijk wat bij de juniors een van de hoogst aangeschreven rondes van het circuit is. In de laatste wedstrijd ging ik daar in een afdaling met een snelheid van 70km/u op een verkeerseilandje. Het moment dat ik dat eilandje zag verschijnen dacht ik dat het mijn laatste beeld van deze wereld zou zijn maar ik heb heel veel geluk gehad. Na 2 weken zat ik al terug op de fiets (een nieuwe weliswaar want de andere was in 10 stukken van de val). Gelukkig kon Arno Crabbé deze wedstrijd in de Ronde van Oostenrijk nog winnen en zo was de pijn snel vergeten.

3. Wist je bij de start van het seizoen al dat dit u laatste was? Ben je tevreden erover? Bij de start van mijn laatste seizoen had ik niet meteen het gedacht dat dit mijn laatste zou zijn. Ik vatte wel mijn hogere studies aan en dat maakte de vele trainingen er niet gemakkelijker op. Als ik iets doe wil ik het meestal heel goed doen en als je je dan maar 80% kan geven en er nauwelijks resultaten volgen is dat voor mij heel moeilijk vol te houden. Ook al mijn trainingsmakkers hadden de fiets een jaar eerder al aan de haak gehangen (Wannes Claes, Tijne Cristael) waardoor de keuze om zelf te stoppen iets gemakkelijker werd. Voor de moment ben ik tevreden over mijn keuze. Ik ben nog altijd van het principe dat als je iets doet, je er 100% voor moet gaan en dat ging op deze moment niet meer. Natuurlijk mis ik de fiets en de koers op zich wel maar ik ga af en toe met mijn vrienden nog wel eens een training afwerken, puur recreatief.

4. Gaan we u nog zien langs het parcours?  Naast het parcours gaan ze mij zeker en vast nog zien. Toen ik koerste kwam mijn buurjongen altijd supporteren. Hij is ook helemaal warm gelopen voor het wielrennen en gaat nu zijn 2de seizoen bij de aspiranten aanvatten. Hij heeft al vele koersen gewonnen en nu is het mijn beurt om voor hem te gaan supporteren. De koers bezorgt mij nog altijd een warm gevoel, de sfeer die er rond hangt is uniek en die kan ik zeker niet blijven missen